Een petrischaal is een ondiepe, cilindrische, transparante en doorgaans steriele container die in laboratoria wordt gebruikt voor het kweken van micro-organismen, zoals bacteriën, schimmels of andere kleine organismen. De schaal is vernoemd naar de uitvinder, Julius Richard Petri. Een petrischaal is meestal gemaakt van glas of doorzichtig plastic en heeft een grotere diameter en een licht bolle vorm, waardoor meerdere schalen gemakkelijk op elkaar kunnen worden gestapeld. Het deksel voorkomt besmetting en zorgt tegelijkertijd voor voldoende luchtcirculatie. Petrischalen worden gevuld met een voedingsbodem, zoals agar, die een gunstige omgeving biedt voor de groei van micro-organismen. Voedingsagar bevat bijvoorbeeld een mengsel van voedingsstoffen, waaronder koolhydraten, eiwitten en andere essentiële elementen die nodig zijn voor microbiële groei. Wetenschappers gebruiken petrischalen voor verschillende doeleinden, waaronder: Het kweken van micro-organismen: Met petrischalen kunnen wetenschappers verschillende micro-organismen kweken en laten groeien, die afzonderlijk kunnen worden waargenomen of gezamenlijk kunnen worden bestudeerd. Het isoleren van micro-organismen: Door een monster op een petrischaal te strijken, kunnen individuele kolonies micro-organismen worden geïsoleerd en afzonderlijk worden bestudeerd. Het testen van de gevoeligheid voor antibiotica: Met behulp van met antibiotica geïmpregneerde schijfjes kunnen wetenschappers de effectiviteit van antibiotica tegen specifieke micro-organismen bepalen door de inhibitiezones rond de schijfjes te observeren. Omgevingsbewaking: Petrischalen kunnen worden gebruikt om lucht- of oppervlaktemonsters te verzamelen om de aanwezigheid van micro-organismen in een bepaalde omgeving te bepalen. Petrischalen vormen een fundamenteel hulpmiddel in microbiologische laboratoria en helpen bij onderzoek, diagnose en studie van micro-organismen.